De laatste blog: samenvatting van mijn stage

Tijdens mijn stage op DOE040 heb ik veel geleerd, gedaan en bestudeerd. In deze (uitgebreide) blogpost zal ik mijn ervaringen van de afgelopen periode samenvatten in één overzichtelijke blogpost. Ik zal onder andere de voor- en nadelen van het democratisch onderwijs opsommen en aangeven waar ik het meeste van geleerd heb. 


Voordelen & nadelen van het dem. onderwijs

De voordelen


  • De zelfstandigheid van de leerlingen
Door het leerproces bespreekbaar te maken worden de leerlingen veel zelfstandiger dan dat ik heb gezien in het regulier onderwijs. De leerling stelt zichzelf bepaalde doelen en neemt daar dan zijn verantwoordelijkheid over. De school biedt een omgeving waarin de leerling zijn doelen kan bereiken, de rest zal de leerling zelf moeten doen. Het maken van afspraken met de vakdocenten, zelfstandig de lesstof bijhouden, tijd vrijhouden voor lessen etc. Dit is tegelijkertijd ook een nadeel, maar daar kom ik later op terug. 

  • Het samenwerken in groepsverband
Binnen het regulier onderwijs is het leuk wanneer leerlingen in groepen samen mogen gaan werken, binnen het democratisch onderwijs is het juist iets wat iedere dag opnieuw terugkomt. Hierdoor vormt de school ook meer één geheel, jong en oud speelt met elkaar en ook de sociale controle is groter. Er is simpelweg bij het dem. onderwijs meer tijd en ruimte om leerlingen in groepen samen te laten werken, dit komt tijdens de lessen en daarbuiten goed van pas. Ook komt de samenwerking op verschillende niveau's voor; tijdens de lessen, maar ook tijdens de (vele) verschillende kringen. 

  • Verbeterde communicatieve vaardigheden
Als je veel samenwerkt, moet je ook veel praten, overleggen of je argumenten onderbouwen. Logischerwijs verbeter je je communicatieve vaardigheden door veel samen te werken. Het verschil met leerlingen uit het regulier onderwijs is dat hier in het dem. onderwijs meer aandacht aan besteed wordt. Tijdens mijn stage viel het op dat leerlingen zichzelf beter kunnen verwoorden en beter nadenken over het onderbouwen van argumenten, voornamelijk buiten de lessen. Ik moet toegeven dat binnen mijn lessen, waar het juist beargumenteren van een antwoord belangrijk is, dit minder sterk naar voren kwam. 

  • Het vasthouden aan principes
De leerlingen op DOE040 hebben een vele sterkere mening dan leerlingen uit het regulier onderwijs. Hoe dit precies komt, weet ik niet. Wellicht doordat de leerlingen hun meningen in de verschillende kringen moeten verdedigen of steeds opnieuw overdenken. Hierdoor zijn zij veel meer bezig met hun eigen mening en het formuleren hiervan. In plaats van zomaar toegeven heb ik meerdere malen gezien dat een kring op een ruzie uitliep en dat beide partijen boos waren op elkaar. Een docent van me, toevallig ook werkzaam binnen het dem. onderwijs, zei ooit: "Het mooiste wat je kunt bereiken met je lessen en opdrachten, is dat leerlingen er zo in opgaan dat ze boos worden op elkaar door hun fanatisme." Natuurlijk moet het niet uit de hand lopen, maar een beetje onenigheid kan heel leerzaam zijn. Ik kan gelukkig ook vertellen dat de keren dat ik een ruzie heb gezien naar aanleiding van een kring of standpunt, de leerlingen dit ook zelf weer opgelost hebben. Uiteraard ontken ik niet dat er binnen het regulier onderwijs ook ruzies zijn, alleen deze hebben vaak een andere oorzaak en worden bijvoorbeeld niet door het inzetten van de bemiddelingskring (BMK) opgelost.

  • De gelijkwaardigheid
Voortvloeiend uit het vasthouden aan principes komt het idee van gelijkwaardigheid. De leerlingen mogen en kunnen de docenten aanspreken op het niet nakomen van afspraken of  hun gedrag in het algemeen, net zoals docenten dat bij de leerlingen mogen doen. Hierdoor, in combinatie met de vergrote sociale controle, krijgt de docent-leerling relatie een hele andere vorm. Deze vorm werkt voor mij fijner en ik zou deze omschrijven als een meer informele relatie.

  • De leerling staat centraal, niet de docent
Misschien is dit voordeel nog wel het grootste verschil met het regulier onderwijs; alles is in het belang van de leerlingen. Zoals ik al zei stelt de leerling zichzelf doelen en biedt de school de juiste omgeving en voorzieningen om deze doelen te bereiken. De docent is er voor de leerlingen en niet andersom zoals bij het regulier onderwijs. Dit werkt fijner en is eigenlijk ook veel logischer. Dit klinkt heel hard tegenover het regulier onderwijs, ik zal het proberen te verduidelijken met een voorbeeld; zodra ik leerlingen verplicht om naar mijn les te komen, moeten zij dit voor mij doen en doen zij dit niet voor zichzelf. Hierdoor zijn de leerlingen bezig met een dienst voor mij (en indirect voor zichzelf om niet gestraft te worden) en dat is niet de juiste manier denk ik.

De nadelen

  • Het ontscholingsproces
Het is het eerste waar de leerlingen mee te maken krijgen wanneer zij overstappen naar het dem. onderwijs. Onontkoombaar en soms vervelend. Kort gezegd is het ontscholingsproces de tijd die de leerling nodig heeft om volledig te kunnen functioneren in het dem. onderwijs. Iedere leerling is hierin uniek. De een heeft meer moeite met het wennen aan de mate van zelfstandigheid, terwijl de ander moeite heeft met het afstappen op docenten voor hulp. Hoelang dit proces duurt is ook volledig leerling-afhankelijk en het is aan de ouders/verzorgers om vertrouwen te hebben in het dem. onderwijs en hun eigen kind. Het dem. onderwijs gaat er vanuit dat het onderwijs voor iedere leerling geschikt is en dat het slechts een kwestie van tijd en gewenning is. 

  • Discipline
Een nadeel dat veroorzaakt wordt door het ontscholingsproces is het gebrek aan discipline. Wanneer de leerling het ontscholingsproces doorlopen heeft, zal dit nadeel ook weggenomen worden. Door de vele afleiding welke op school aanwezig is, is het lastig voor sommige leerlingen om zichzelf te kunnen focussen op het bewaren van het overzicht. Op dit moment merkte ik bij sommige leerlingen dat wanneer ik niet op school ben, er ook niets wordt gedaan aan geschiedenis. Wanneer ik er wel weer ben, ging de reactie vaak als volgt; "Oh oeps, helemaal vergeten." Ik geloof er wel in dat door keer op keer tegen de lamp aan te lopen, de leerling zichzelf deze discipline aan kan leren. 

  • Zoekende school
Eigenlijk is dit niet echt een nadeel omdat het zo ontzettend leerzaam is geweest, maar enkele dingetjes ben ik hier wel bij tegengekomen. Doordat DOE040 nog zo'n jonge school is, is zij steeds op zoek naar hoe de school zich gaat vormen. Dat vond ik zelf een erg leerzame ervaring om aan deel te nemen. De problemen die ik hierbij tegen ben gekomen zijn voornamelijk ontstaan doordat de leerlingen nog teveel gewend zijn aan het regulier onderwijs. Het voorbeeld wat ik in mijn blog besproken heb, is de discussie omtrent het rooster. Leerlingen botsten met elkaar over het wel of niet gebruiken van een vast rooster. Hierdoor was er soms onduidelijkheid over hoe de lessen ingepland zouden moeten worden. Het probleem wat er voor mij, en andere docenten, hierdoor ontstond, was dat er soms gewoon geen lessen ingepland waren omdat de leerlingen zelf ook niet goed wisten wat ze nu moesten doen. Niet echt een groot probleem omdat het dem. onderwijs de tijd en ruimte biedt om naar een oplossing toe te werken, maar het kon af en toe wel vervelend zijn. 

Uiteraard heb ik nu niet alle voor- en nadelen opgesomd, maar ik heb voor mezelf de belangrijkste punten opgeschreven. Zo had ik bijvoorbeeld ook het verschil in leeftijden of de inspraak in het schoolregels kunnen benoemen als voordelen, maar ik heb ervoor gekozen om dit niet te doen. Ik denk dat ik dan een heel boek vol zou kunnen schrijven met alleen al de voor- en nadelen van het dem. onderwijs. Ook al heb ik tijdens deze stage niet geoefend met het voor de klas staan of een klas onder controle houden, ik heb veel meer geleerd over het onderwijssysteem en de manier van lesgeven die daarbij hoort. Daarnaast heb ik ontzettend veel contact gehad met de leerlingen waardoor ik een beter inzicht heb gekregen in hoe leerlingen denken en leren. 

Al met al een hele bijzondere en vooral leerzame stage waar ik uitgebreid van het democratisch onderwijs heb mogen proeven. Ik ben zelf na gaan denken over het huidige (reguliere) schoolsysteem en kan daar nu ook gegronde kritiek op uiten. Ik weet zeker dat ik mij als docent kan onderscheiden met deze kennis. Hiervoor wil graag DOE040, mijn begeleiders en alle betrokkenen voor bedanken. 

Het einde van mijn stage betekent helaas ook het einde van Stagiair Luc en mijn blog. Ik wil alle lezers ook graag bedanken voor de aandacht voor mijn blog. Ik kan met trots zeggen dat mijn blog de duizend paginabezoeken heeft behaald en daar ben ik erg blij mee.

Bedankt.

-Luc

Is dit dan dé oplossing?

Deze week drong het tot mij door dat ik nog maar twee weken aanwezig zal zijn op DOE040 voor mijn stage, eind april is mijn stage afgelopen. De afgelopen maanden, sinds november, heb ik veel geleerd en meegemaakt. Over twee weken zal ik een soort samenvatting schrijven in een uitgebreide blogpost.

De belangrijkste les over het democratisch onderwijs heb ik misschien afgelopen week wel geleerd. Ik zie het dem. onderwijs als de meest vrije vorm van onderwijs. Bij vrij denk ik aan niets moeten, je bent vrij om te doen en laten wat je wilt. Hierdoor had ik moeite met leerlingen die afspraken niet nakomen. Ik dacht dat ik de leerlingen daar moeilijk op aan kon spreken, het leerproces is immers een verantwoordelijkheid van zowel de docent als de leerling zelf. Daarnaast zou een leerling een volgende les alleen maar komen omdat het moet, wat ook niet de bedoeling is.

Sinds het begin van mijn stage ben ik op zoek naar een antwoord om deze situatie op te lossen, en ik denk dat ik deze voor mezelf gevonden heb; ik moet het idee van vrij onderwijs = niets moeten loslaten. Je kunt de leerling best wel iets verplichten, maar wel wanneer de leerling hier zelf mee instemt. Door een onderlinge overeenkomst (afspraak) verplichten beide partijen (docent - leerling*) zichzelf om te komen, je kunt namelijk ook niet akkoord gaan met de afspraak. Wanneer er dus wederzijdse goedkeuring is, kun je je op deze afspraak beroepen wanneer een van de partijen zich niet aan zijn afspraak houdt.

Hier komt mooi de gelijkwaardigheid binnen het dem. onderwijs terug; de leerling kan ook zijn docent aanspreken op het niet nakomen van een afspraak, net als dit omgekeerd zou gaan. Ik hoorde van mijn stagebegeleider dat er soms zelfs een BMK (bemiddelingskring, zie blogpost van 20-02-15) ingezet wordt door een leerling omdat een docent zich niet aan zijn afspraak heeft gehouden. Het gebeurde niet vaak, maar toch. Binnen het regulier onderwijs is hier in ieder geval veel minder de ruimte voor en zie ik zelf ook niet de leerlingen hiertoe in staat. Zoals ik al vaker aangegeven heb, ben ik enorm onder de indruk hoe bewust de leerlingen zijn van wat zij zelf willen. Om dan toch weer een vergelijking te trekken met het regulier onderwijs; de leerlingen binnen het dem. onderwijs geven heel duidelijk hun grenzen aan, houden zich meer vast aan principes en laten zich niet zomaar iets vertellen. En dat zijn hele goede kwaliteiten om te bezitten.

*= Ik vergeet niet dat het dem. onderwijs draait om gelijkwaardigheid, maar wist zelf geen andere manier hoe ik beide partijen aan kon duiden.

Zou ik zelf in het democratisch onderwijs passen?

Deze week werd mij de vraag gesteld; zou je als leerling in het democratisch onderwijs passen? En ik kan maar niet tot een antwoord komen. Ik zie mijzelf als een typische HAVO-student; liever lui dan moe, doen wat gevraagd wordt en niets meer etc. Al sinds de basisschool word ik vooraan gezet omdat ik anders de rest van de klas teveel afleidde, als gevolg werd 'Luc, hou op' al vrij snel ' Luc, draai nou naar voren'. Liever lui dan moe en gemakkelijk afgeleid, zorgt deze combinatie ervoor dat ik niet goed binnen het democratisch zou passen (als leerling zijnde, niet als docent zijnde)? Het lijkt me dat mijn unschooling-proces dan langer zou duren, ik zou immers teveel met andere dingen bezig zijn.

Aan de andere kant zou ik zeggen dat het niet om het individu draait, maar dat de hele groep relevant is. Bij DOE zie ik bijvoorbeeld dat de leerlingen echt een groep zijn en dat iedere leerling als een schakel in de ketting zit. Natuurlijk wringt het tussen de schakels wel eens of loopt de ketting eens scheef, maar dan is er altijd wel een stabiele factor tussen de schakels. Word je bijvoorbeeld grappig gevonden (ook al leid je dan een gedeelte van de groep af) dan ben je net zo lang grappig tot de anderen er genoeg van hebben en stoppen met lachen, dan loopt de ketting weer recht. Bij DOE zie ik duidelijk de groepjesvorming en hoe deze groepjes met elkaar omgaan. Binnen deze groepjes zie je duidelijk hoe leerlingen elkaar aanvullen of dingen van elkaar overnemen, bij de gehele groep als 1 geheel is dit ook aanwezig, maar minder duidelijk. Uiteraard klinkt dit heel zwart/wit, want in de werkelijkheid speelt uiteindelijk toch iedereen toch met elkaar; jong/oud, jongen/meisje of docent*/leerling, het maakt allemaal niets uit.

Op basis daarvan durf ik wel te stellen dat, mits de groep en de leerling als individu op 1 lijn zitten (of elkaar aan die ene lijn helpen), iedere leerling een leerling in het democratisch onderwijs zou kunnen zijn èn zich er thuis bij zou kunnen voelen. Daarmee bedoel ik dan ook mijzelf.

Na die conclusie rijst er direct een volgende vraag op; hoe zou het democratisch onderwijs mij verandert hebben ten opzichte van hoe ik nu ben? Dit zijn eigenlijk de positieve punten van het democratisch onderwijs welke ik in mijn vorige blogs al aangehaald heb. Ik zou denk ik veel beter in een groep samen kunnen werken of beter dingen kunnen besluiten als groep zijnde. Ik zou in staat zijn om argumenten beter te kunnen onderbouwen en zou eerder actief na gaan denken over bestuursvormen. Ik zou meer tijd hebben om mijn talenten te kunnen vinden of me te specialiseren in iets, bijvoorbeeld in de keuze voor mijn vervolgstudie.

Zo laat ik het regulier onderwijs wel heel negatief klinken, terwijl ik het als verre van negatief beleefd heb. Soms denk ik dat het moeten van dingen voor mij eigenlijk wel prettig werkte, dan deed ik het tenminste. Zo zorgde ik dat mijn huiswerk zeker in orde zou zijn wanneer ik zou weten dat de docent zou gaan controleren, die andere keren keek ik niet op een vraag meer of minder. Was het minimum vier a4tjes?  Dan kreeg je van mij meestal ook precies vier a4tjes en weinig meer. Ik deed het dus wel, maar daar was dan ook het meeste mee gezegd. Dat ik meestal nog redelijke cijfers haalde zorgde ervoor dat de docenten mij over het algemeen wel als een goede leerling zouden beschouwen. Met de nodige motivatie en moeite zou ik denk ik wel een hoger niveau aankunnen, maar ik vond het wel prettig zo.

Voor de duidelijkheid; deze instelling heb ik (grotendeels) op de HAVO achtergelaten toen ik aan het HBO begon. 

Ik zit dus nog in een tweedeling en kan op dit moment nog geen antwoord geven op de vraag of ik in het democratisch onderwijs thuis zou passen. Ik had in mijn laatste blog beloofd om terug te komen op het bezoek aan een Italiaanse middelbare school, welke me verrassend genoeg heel veel aan het Nederlandse onderwijs deed denken. Het grootste verschil was dat ik op een Nederlandse school niet eerder een basisschool in het bijgebouw heb gezien en dat leerlingen tijdens hun middelbare school al op kamers gingen. Er waren namelijk kamers aanwezig in het schoolgebouw voor kinderen die vanuit het hele land kwamen. Hoewel de school zich voordeed als een gewone Italiaanse school, kan ik me niet voorstellen dat er voor iedere middelbare school leerlingen van ver zouden komen en daarom op het schoolterrein op kamers zouden gaan. Daarnaast duren de opleidingen naar mijn idee langer dan in Nederland. Waar ik op mijn twintigste mijn diploma van een HBO-opleiding gehaald kan hebben, zou dat voor een Italiaanse student minimaal tot zijn vierentwintigste duren. Wat ik wel grappig vond, was dat, ook al sprak ik de taal niet, bepaalde stereotype leerlingen direct naar voren kwamen. Hiermee doel ik dan op het verlegen en hardwerkende meisje dat vooraan in het klaslokaal zit, de nonchalante jongen die rustig op twee stoelpoten achterin de klas achterover hangt of de talloze lege blikken welke naar de docent gericht staan.

*: De term docent, ben ik achter gekomen, wordt liever niet gehanteerd binnen het democratisch onderwijs. Waar het dem. onderwijs haar nadruk legt op op gelijkwaardigheid, is de term ' docent' juist een aanduiding van een klassenverschil. 

De feestelijke opening van DOE040

Met bijna vierhonderdvijftig leden in de DOE040-Facebookgroep, talloze leden in vergelijkbare groepen en meer dan achthonderd paginaweergaven op mijn eigen blog, kunnen we er niet omheen; de vraag naar alternatieve onderwijsvormen is er. Vandaag, tijdens de officiële opening van DOE040, werd heel duidelijk hoeveel mensen interesse in de school hebben, betrokken zijn bij de school of de school gewoon een warm hart toedragen. En geloof me, dat waren een hele hoop mensen.

Het gebouw van de school barstte bijna uit haar voegen en liep over van enthousiasme. Ik denk dat er nog niet eerder zoveel mensen tegelijk in het gebouw zijn geweest. Er stonden gezellige kraampjes met onder andere de kaartverkoop van de schoolmusical, project 'Sociaal kabaal' waarmee de leerlingen geld op probeerden te halen voor het goede doel en er werd aandacht geschonken aan de stichting 'Vrienden van DOE'. Achterin stond een uitgebreid koffiebuffet met eigengemaakte hapjes en in de lokalen waren verschillende activiteiten volop in gang. Zo kon er in het speellokaal (lokaal voor het basisonderwijs) met vilt geknutseld worden en was het leerlokaal (lokaal voor het voortgezet onderwijs) ingericht als science-lab waarin de science-docente verschillende proefjes had voorbereidt. In de werkplaats was er de ruimte om zelf vliegers te maken, ook tijdens de opening hoef je je niet te vervelen op DOE040.

(bijna) Klokslag twaalf uur stond iedereen buiten voor het ceremoniële gedeelte. Om de mensen buiten in de regen een beetje op te warmen waren er heuse vuurspuwers aanwezig, natuurlijk waren dit leerlingen van DOE zelf. Het jongste meisje en de oudste jongen van de school knipten het lint door en daarmee werd de school geopend. Qua organisatie en uitvoering heeft de school (en haar leerlingen!) zich van haar beste kant laten zien en ik weet zeker dat de aanwezigen een leuke dag gehad hebben.

Tot zover de feestelijke opening van DOE040. Afgelopen week ben ik uiteraard ook gewoon stagiair geweest en heb ik mijn lessen gegeven. Na nog wat onduidelijkheid omtrent het rooster had niet iedere leerling een les bij me ingepland. Twee vaste leerlingen geschiedenis hebben afgelopen week dus geen les van me gehad. Donderdags kwamen ze wel naar me toe, maar ik zat die dag zowaar vol. Het was de eerste dag tijdens mijn stage dat ik de hele dag door lessen aan het geven was. Zo heb ik lessen economie, geschiedenis en aardrijkskunde gegeven. Dit waren allemaal een-op-een lessen en dat vind ik erg prettig werken. Bij deze vorm staat de leerling volledig centraal en kunnen we efficiënter werken.

De wens voor een echte stilte/studieruimte werd ook deze week weer uitgesproken. Het lijkt erop dat deze wens op DOE niet vervuld kan worden.  Om dit probleem te ondervangen wijken we binnenkort voor een examentraining uit naar het gebouw van het Fontys zodat de leerlingen minder afgeleid worden. Er wordt wel geprobeerd om een stilteruimte in te richten op DOE zelf, maar dat is vooralsnog niet echt gelukt. Ik hoop dat er binnenkort een oplossing wordt gevonden.

In verband met een studiereis naar Rome zal ik aankomende week niet aanwezig zijn op DOE040. Helaas betekent dat ook dat er geen nieuwe blogpost zal verschijnen op vrijdag. Tijdens de studiereis gaan we ook een kijkje nemen op een Italiaanse school, deze ervaring zal ik meenemen in een volgende blogpost. Je kunt op de hoogte blijven door de Facebook-pagina van Stagiair Luc te volgen. Ciao!

De veilige en vertrouwde weg of juist van het onbekende proeven?

Een tijdje geleden schreef ik over de problemen die ik tegen ben gekomen tijdens het lesgeven. Het ging onder andere over het niet nakomen van afspraken of het gebrek aan motivatie tijdens de les zelf. Ik probeer de leerlingen dan ook duidelijk te maken dat ze er niet voor mij hoeven te zitten, maar voor zichzelf. Zij hebben dan ook de keuze om de les te volgen of dat ze dat niet doen. Ik zal uiteraard niet boos worden of er überhaupt iets van zeggen, de leerling moet zelf willen leren. Om deze problemen, waarvan ik niet de enige ben die deze opmerkt, te ondervangen, zijn er de laatste tijd een aantal veranderingen in de school doorgevoerd. Een daarvan was het aangepaste rooster waar ik laatst over schreef. Binnen mijn eigen lessen heb ik een keuze gemaakt om de leerling zelfstandig te laten werken aan een lesbrief.

Nu de lesbrief bijna af is, rees in mij toch de vraag hoe de leerlingen de lesbrief hebben ervaren. In het begin waren zij enthousiast en positief, maar is dat ook zo gebleven naarmate de lesbrief vorderde? Een leerlinge vond van niet en wilde graag terug naar de 'oude' stijl, ze zal nog wel de lesbrief afmaken. In de volgende weken zal ik mijn didactiek dan ook aanpassen aan haar wensen.

Omdat ik toch kritisch en nieuwsgierig blijf, ga ik hier ook vragen aan stellen. Kiest een leerling voor de veilige manier van leren met behulp van een methode uit angst voor het onbekende of omdat zij dit al gewend zijn? En daarbij; hoe kun je hier als docent het beste mee omgaan? Leerlingen hebben aangegeven dat ze op hun vorige scholen het werken met een methode niet altijd fijn vonden, maar kiezen nu toch vrijwillig voor juist die manier van lesgeven. Aangezien het de wens van de leerling is, kan ik hier als docent niet zeggen dat dit niet goed is of dat een andere manier misschien beter past bij de leerling. Het draait immers niet om mijn mening, maar om dat van de leerling. Zodra een docent op deze manier invloed probeert uit te oefenen, vormen we het leerproces van de leerling naar onze hand terwijl het democratisch onderwijs juist de vrije vorm benadrukt. Ik denk alleen dat dit het natuurlijk leren niet bevordert omdat er dan teveel vastgehouden wordt aan één bepaalde methode. Ik heb besloten om er niets over te zeggen en om aan de wens van de leerling proberen te voldoen.

Vorige week formuleerde ik de volgende vraag: "Is dit (consent gaan wanneer de leerling doorhad dat hij zijn visie niet zou kunnen bereiken i.v.m. teveel tegengas vanuit de rest van de kring) een valkuil van de sociocratische kring of juist een leermoment voor de leerling om zichzelf sterk te maken voor zijn/haar mening?". Afgelopen week heb ik hier nog over nagedacht en ik ben tot de conclusie gekomen dat dit een leermoment is geweest voor de leerling. Ook al begreep ik de zwakke positie van de leerling, benadrukt het wel de gelijkwaardigheid binnen een kring en het besef dat je niet alleen op school bent. De leerling wilde misschien iets anders dan de rest, maar gaf wel toe dat het huidige besluit beter was voor de school als geheel. Dat je als achtjarige als het ware al 'uit kunt zoomen' op de situatie om het groter geheel te kunnen zien en dan tot de conclusie kunt komen dat een besluit beter voor het groter geheel is, is al een erg mooie les.

Daarnaast blijft Stagiair Luc steeds verder groeien en krijg ik steeds meer spontane berichten naar aanleiding van mijn blog. Dit vind ik natuurlijk erg leuk en ik moedig reacties met kritische punten of vragen over mijn blog alleen maar aan, we kunnen immers niet niet leren!
Reageren kan onder deze post, via mijn mailadres (l.c.cabrito@gmail.com) of via de pagina van Stagiair Luc.

Allerlei kringen en een mooi idee over vakken

Ietsjes later dan normaal is hier dan toch de gebruikelijke vrijdagmiddag-blog. Vandaag heb ik geschreven over een interessant idee omtrent vakken waar ik vorige week al een kort stukje over schreef. Later in de blog beschrijf ik een nieuwe kring, de ICT-kring. Ik sluit uiteindelijk af met een licht kritische voetnoot bij de sociocratische kring, al weet ik nog niet zeker of het kritiek is, of juist een positief punt. Om daar uit te komen zal ik volgende week een concluderend antwoord proberen te vormen. 

Tijdens de VO-kring van vorige week had een docente een erg interessante gedachte over het idee van vakken. Ik kan niet zeggen dat ik het er 100% mee eens ben, maar ik vind het wel zeker de moeite waard om het in mijn blog te vermelden. Zij zei namelijk dat het eigenlijk niet heel veel uitmaakt welk vak je geeft, je blijft een docent en die rol kun je bij ieder vak vervullen. Dat is inderdaad waar, zeker omdat ik nu zelf ook gestart ben met het geven van verschillende vakken. Ik ben echter wel van mening dat als ik bijvoorbeeld een les natuur- of scheikunde verzorg, de leeropbrengst waarschijnlijk wel lager zou zijn doordat ik zelf niet goed in de stof zit. Niet goed in de stof zitten is erg subtiel uitgedrukt, natuur- en scheikunde heb ik namelijk zo snel mogelijk laten vallen omdat ik er totaal niets voor voelde en er niet zo goed (lees: slecht) in was.
Deze docente is niet de enige met een dergelijk idee. Een trend in de laatste jaren, voornamelijk terug te vinden binnen het VMBO, is een vakoverstijgend vak, namelijk Mens & Maatschappij (M&M). Binnen de lessen M&M zijn de grenzen tussen de vakken aardrijkskunde, economie, geschiedenis, maatschappijleer en levensbeschouwing zo goed als verdwenen en ben je als leerling eigenlijk met vijf vakken tegelijk bezig. Op het fontys heb ik een module M&M mogen volgen en daar kon ik mij niet goed in vinden. Ik vond namelijk wel dat alle vakken goed terugkwamen in de speciale M&M theorieboeken, maar dat van alle vakken net wat minder aangeboden werd in vergelijking met de stof wanneer er afzonderlijke vakken zouden zijn. Ik had het idee dat je dus minder van ieder vak leerde, waar ik geen voorstander van ben. Het vak M&M is een stapje in de richting waar de docente op doelde, al zou ik het zelf anders inrichten. DOE040 is op dit moment al klassenloos en (bijna helemaal) roosterloos, maar van vakkenloos zou ik op dit moment nog geen voorstander zijn. Maar wie weet; mijn eerste gedachten bij het democratisch onderwijs waren ook totaal anders dan hoe ik er nu over denk.

Er is wederom een nieuwe 'kring'; de ICT-kring. Een kring is als het ware een soort van actiegroep welke zich bezig houdt met één bepaald onderwerp. De kringen zijn sociocratisch ingericht, hier heb ik het in mijn vorige blogs al uitgebreid over gehad. Voorbeelden van kringen zijn de openingskring, welke de gehele opening van de school plant, de kring van het voortgezet onderwijs (VO-kring) waarin alle zaken rondom het VO besproken worden en waren er ook sinterklaas- en kerstkringen. De ICT-kring heeft als opdracht meegekregen om samen te gaan nadenken over de ICT-voorzieningen op DOE040. Met samen wordt ook echt samen bedoelt. Zo zitten er verschillende leerlingen uit het basisonderwijs bij als een leerling van het voortgezet onderwijs. Daarnaast nemen ik en verschillende andere 'volwassenen' deel aan de kring. Hierdoor kunnen alle belangen gehoord worden en heeft een leerling dus ook daadwerkelijk invloed op de besluiten.
De ICT-kring heeft een bepaald budget gekregen om nieuwe spullen aan te kopen, maar hoe moet zo'n budget nou besteed worden? De jongere leerlingen vonden dat het geld naar een gamecomputer moest gaan, al kwamen ze daar ook al snel weer op terug omdat dit niet het belang van de school dient. Door ieders mening te horen tijdens de meningsvormingsronde, werd al snel duidelijk dat een gamecomputer niet ieders belang zou dienen. Ik vond het heel mooi hoe deze ronde ieders mening als het ware samenrolde tot een grote bol (uiteindelijke besluit) van verschillende meningen. Helaas kon niet iedereen tevreden gesteld worden, een enkele leerling had later toch spijt dat hij consent (akkoord) was gegaan met het besluit. Iedereen ging consent, behalve hij. Het was dus acht mensen voor en eentje tegen. Dit vond de leerling niet fijn en hij ging toen maar consent omdat hij het toch niet kon winnen. Ik heb later nog met deze leerling een één-op-één-gesprekje gehad en daaruit kwam naar voren dat hij niet tevreden was met het besluit en er eigenlijk best wel mee zat. Heel sneu, maar zo werkt het wel. Het was de keuze van de leerling om dan toch consent te gaan en niet om het besluit tegen te houden door niet consent te gaan. Aan de andere kant kan ik het me helemaal voorstellen dat je niet als jonge leerling tegen acht anderen wil strijden (uiteraard was er geen echte strijd, maar een gestructureerde en respectvolle kring), daar zou ik op die leeftijd ook nog niet zeker genoeg voor in mijn schoenen staan. De volgende vraag rees in mij op naar aanleiding van bovenstaande; is dit een valkuil van de sociocratische kring of juist een goed leermoment voor de leerling om zichzelf sterk te maken voor zijn/haar mening? Daar ga ik mij de komende week in verdiepen en ik hoop volgende week met een antwoord te kunnen komen.

Een grote verandering in de school; geen vast rooster meer?!

Voor volgende week zou ik graag horen wat de lezers graag van mij zouden willen weten. Suggesties kun je naar me toe mailen (l.c.cabrito@gmail.com) of in een reactie onder deze post zetten. 

Wederom een speciale dag op DOE040. Vandaag is er een VO-kring geweest. Dit houdt in dat alle leerlingen (en docenten) van het voortgezet onderwijs in een sociocratisch ingerichte kring bij elkaar komen en samen een oplossing gaan zoeken voor knelpunten of randzaken waar het voortgezet onderwijs tegenaan (kan) lopen. Uiteraard hoeft een leerling of docent hier niet bij te zijn, zij hoeven hier enkel aanwezig te zijn wanneer zij inspraak willen hebben bij de besluiten. De VO-kring van vandaag was wat dat betreft een tikkeltje anders dan normaal; er is expliciet gevraagd of alle VO-leerlingen vandaag aanwezig wilde zijn. Dit komt omdat er een onderwerp aangesneden zou worden welke betrekking zou hebben op iedere VO-leerling. Volgens sommigen was dit een van de meest interessante VO-kringen die er tot nu toe geweest zijn op DOE040, ook ik ben van mening dat dit een belangrijke bijeenkomst was. Tijdens de VO-kring kwam ook naar voren dat ieder andere belangen heeft binnen de school, de ene docent wil graag meer aandacht voor haar vak terwijl een andere docente juist vond dat we het principe van ‘vakken’ los moeten laten en op een meer natuurlijke manier moesten gaan leren. Een docent ben je namelijk niet alleen voor je eigen vak/richting, maar je zou ook lessen kunnen geven welke buiten je vakgebied vallen. Daar ben ik vandaag ook mee gestart, naast geschiedenis ga ik voortaan ook de lessen economie verzorgen. Het idee om het principe van vakken los te laten is gebaseerd op de aanname dat een docent er is om te helpen of te ondersteunen, iets wat alle vakken/richtingen gemeen hebben. Welk vak je geeft maakt dan niet zoveel uit. Hier ben ik het gedeeltelijk mee eens, maar daarover volgende week meer. Vandaag gaat mijn blog voornamelijk over de VO-kring.

De VO-kring stond vandaag namelijk in het teken van het probleem wat ik in mijn derde blog (‘De eerste lessen en een nieuw vraagstuk; consequenties’) beschreven heb; leerlingen houden zich niet aan de afspraken met docenten. Onder deze afspraken hoort bijvoorbeeld het maken van opdrachten, voorbereiden van de lessen etc. Wanneer een leerling dit niet doet, lopen de lessen vertraging op waardoor de stof maar moeizaam opgenomen wordt. Vandaag hebben we samen over een oplossing gediscussieerd en er is naar mijn mening een goede, interessante oplossing tot stand gekomen, namelijk;
Het rooster zoals dit nu bestaat, welke vergelijkbaar is met het regulier onderwijs, wordt afgeschaft en zal vanaf volgende week niet meer gebruikt worden. De verantwoordelijkheid voor het inplannen van lessen komt nu meer bij de leerling zelf te liggen. Er komt een intekenlijst waarop de leerling en de docent samen voor een bepaalde dag en tijd een lokaal kunnen reserveren. Dit gebeurt op initiatief van de leerling zelf, de leerling stelt dus als het ware een eigen rooster samen. Een flinke verantwoordelijkheid en ik verwacht in het begin nog wel wat opstartproblemen, maar uiteindelijk zal dit systeem beter werken. Er is namelijk weer een stukje ‘verplichting’ weg waardoor de leerlingen nog vrijer zijn. Eerst had de leerling de keuze om de les welke op het rooster stond te volgen of niet, al werd er in de praktijk toch wel verwacht dat een leerling bij de volgende lessen aanwezig zou zijn. Deze verwachting van de docent is nu weggenomen zodat de leerling zich niet meer op een bepaalde manier verplicht voelt om te komen. Een besluit waar ieder zich in kan vinden. Mijn twijfels rondom het sociocratische besluitorgaan beginnen steeds meer af te zwakken, ik heb nu immers gezien dat het wel mogelijk is om ieders belang te kunnen respecteren met één besluit.


Daarnaast was vandaag voor mij op een andere manier speciaal; ik ben op DOE040 zowel stagiair geschiedenis als begeleider economie. Mijn ambitie is om na mijn lerarenopleiding geschiedenis ook nog een bevoegdheid voor het vak economie te halen en op DOE040 heb ik de ruimte en tijd om hier alvast van te mogen proeven. Er is vorige week een pakketje met een splinternieuwe economie methode aangekomen waarmee we vandaag direct aan de slag zijn gegaan. Enigzins onzeker ging ik de les in; een leerling is namelijk bezig met de voorbereiding voor het HAVO-examen economie, dezelfde stof die ik bijna drie jaar geleden heb gehad. Deze stof is inmiddels zelf ook onder het stof gekomen doordat ik me drie jaar bezig heb gehouden met geschiedenis, niet met economie. Gelukkig vormde dat bij deze eerste les geen probleem. Mocht dit wel een probleem gaan vormen, is er gelukkig ook nog een stand-by economie docent verbonden aan DOE040. Deze zouden de leerlingen en ik kunnen mailen over eventuele problemen of vragen. Deze stand-by docent heeft zelf helaas niet de tijd om iedere week op de school aanwezig te zijn, vandaar dat ik de leerlingen zal begeleiden bij het vak economie. Ik kijk uit naar de lessen economie en wat ik nog allemaal ga beleven op deze bijzondere, leerzame stageschool. 

Populaire blogs